Veel mensen doen regelmatig een financiële schenking aan mensen die dichtbij hen staan. Denk bijvoorbeeld aan (klein)kinderen, familieleden of goede vrienden. Bij deze schenkingen komen echter een aantal fiscale regels kijken. Wie moet bijvoorbeeld wat regelen, en wanneer moet je de aangifte schenkbelasting doorgeven? In deze blog geven we je 11 handige tips die je moet weten als je de aangifte schenkbelasting in gaat vullen!
Wat is aangifte schenkbelasting?
Wanneer je een schenking of een gift krijgt, moet je hierover schenkbelasting betalen. Dit klinkt logisch in geval van een schenking die bestaat uit geld, maar ook bij een schenking uit goederen moet je belasting betalen. Via een tool van de Belastingdienst kun je uitrekenen of je schenkbelasting moet betalen en zo ja, hoe hoog dit bedrag is.
Of je schenkbelasting moet betalen, hangt van een aantal verschillende zaken af. Zo zijn er vrijgestelde bedragen voor schenkingen. Je mag maximaal €2,418 geschonken krijgen van een ander. Dat bedrag is zelfs €6,035 als de schenking van je ouders komt. Alles onder deze bedragen, hoef je niet door te geven aan de Belastingdienst.
Naast de schenker bepaalt ook het doel van het geld of je aangifte over de schenking moet betalen. Zo gelden andere regels voor schenkingen die te maken hebben met een koophuis of een dure studie.
Aangifte schenkbelasting: onze tips
1: Wie doet de aangifte?
Wie de aangifte doet, maakt in principe niet uit: zolang de aangifte schenkbelasting maar gebeurt. Dit hoeft natuurlijk niet wanneer de schenking aan de eerder beschreven uitzonderingen voldoet. Je kunt de aangifte makkelijk doen via een online formulier op de site van de Belastingdienst.
Het is ook mogelijk dat de Belastingdienst zelf het formulier rond de schenking uitreikt. In dat geval wordt dat in de basis verstuurd naar de begiftigde, aangezien deze de belastingplichtige is. Kan de Belastingdienst het formulier niet naar de begiftigde sturen, bijvoorbeeld omdat deze in het buitenland woont, wordt het formulier alsnog naar de schenker gestuurd.
2: Eenmalig verhoogde vrijstelling
Voor kinderen van 18 tot 40 jaar geldt dit jaar (2023) een eenmalig verhoogde vrijstelling van €28.947. Dit bedrag mag bij deze vrijstelling gebruikt worden aan welk doel dan ook. Wordt het gebruikt voor een dure studie die aan de voorwaarden voldoet, wordt de vrijstelling nog verder verhoogd naar €60,298.
Voor andere begunstigden, zoals kleinkinderen geldt de eerder besproken vrijstelling van €2,418. Gaan zij de schenking echter gebruiken voor een koophuis én zijn zij tussen de 18 en 40 jaar oud, dan geldt opnieuw een hogere vrijstelling van €28,947.
3: Wie betaalt de aanslag?
De aanslag over de schenking wordt in principe opgelegd aan de begiftigde van de schenking. Die hoeft de aanslag pas te betalen wanneer deze ook echt is opgelegd.
4: Vrij van recht
Wanneer de schenker zelf de schenkbelasting wil betalen, wordt dit ‘Vrij van Recht’ schenken genoemd. Voor de begiftigde is dit ook een deel van de schenking. De begiftigde moet namelijk alsnog de schenkbelasting betalen. De Belastingdienst stuurt het aangifteformulier in dit geval naar de schenker.
5: Wanneer aangifte doen?
Je mag direct na de schenking al aangifte doen. De voorlopige aanslag voor deze aangifte moet je dan vervolgens binnen 6 weken voldoen. De definitieve aanslag wordt uiterlijk binnen 3 jaar opgelegd.
De uiterste datum voor het doen van een aangifte voor de schenkbelasting is op 1 maart in het eerstvolgende kalenderjaar. Doe je dit jaar dus nog een schenking, moet je deze vóór 1 maart 2024 aangeven bij de Belastingdienst.
6: Waarde van de schenking
De hoogte van de belasting hangt af van hoe groot de waarde van de schenking is. Bij een schenking van geld is die waarde makkelijk te berekenen. Moeilijker is dat wanneer het gaat om geschonken goederen. Hierbij geldt de huidige marktwaarde als waarde voor de schenking. De overheid adviseert in dat geval te kijken op sites als Marktplaats of E-bay.
Geef je uitzonderlijke goederen in je schenking? Dan kunnen speciale regels gelden. Die staan beschreven op de site van de Belastingdienst. Voor het schenken van een woning kijkt de Belastingdienst bijvoorbeeld naar de WOZ-waarde van het geschonken huis.
7: Meerdere schenkingen
Je mag per aangifte telkens maar 1 soort schenking indienen. Als je binnen een kalenderjaar meerdere schenkingen doet of ontvangt van dezelfde persoon, mag je deze in één aangifte doorgeven. Schenk of ontvang je zowel geld als een huis, dien je voor elke soort schenking een aparte aangifte in.
8: Schenkingen van meerdere personen
Als je als begiftigde meerdere schenkingen van meerdere schenkers ontvangt, moet je van elke schenker apart aangifte doen. Dit hoeft niet wanneer je meerdere schenkingen van fiscale partners ontvangt, zoals een losse schenking van je (gescheiden) vader en moeder of je opa en oma.
9: Schenker in het buitenland
In principe hoef je de aangifte schenkbelasting alleen te doen wanneer iemand in Nederland woont. Dat is echter wel wat breder dan het lijkt: als een Nederlander naar het buitenland verhuisd en binnen 10 jaar na de verhuizing een schenking doet, moet je deze schenking alsnog aangeven. Dit geldt ook bij een Niet-Nederlander die binnen 1 jaar na zijn vertrek een schenking doet.
10: Begiftigde in het buitenland
Bij een schenking is de huidige woonplaats van de schenker leidend voor het doen van een aangifte. Het maakt dus voor de Nederlandse wet niet uit waar de begiftigde woont; er moet in dit geval wel gewoon in Nederland aangifte gedaan worden. Mogelijk gelden in de woonplaats van de begiftigde andere regels voor schenkbelastingen en moet hij of zij daar ook belasting betalen.
11: Overlijden kort na schenken
Een groot deel van de schenkingen wordt gedaan om de nalatenschap preventief vast te verminderen. Op die manier hoeven de nabestaanden bij overlijden minder erfbelasting te betalen: die is namelijk hoger dan schenkbelasting. Wanneer de schenker echter binnen 180 dagen na de schenking komt te overlijden, wordt de schenking in de basis nog bij de nalatenschap opgeteld. Er is gelukkig wel een manier om te voorkomen dat je in dit geval zowel schenkbelasting als erfbelasting moet betalen. Daarom is er de optie om bij de aangifte over de erfbelasting een deel van de eerder al betaalde schenkbelasting in mindering gebracht op het te betalen bedrag.
Terug naar overzicht