Afgelopen dinsdag was het weer zo ver: Prinsjesdag 2024. Op deze derde dinsdag van september staat de Troonrede van de Koning centraal, waarin hij de kabinetsplannen voor het aankomende jaar bekend maakt. Ook onthulde minister Eelco Heinen van Financiën de Miljoenennota en de Rijksbegroting voor 2025. Deze plannen kunnen van invloed zijn op jou of je bedrijf. Daarom blogt TvdW met je mee over de belangrijkste wijzigingen en gevolgen naar aanleiding van Prinsjesdag 2024.
Het is belangrijk om te vermelden dat nog niet alle zaken uit de Miljoenennota en de Rijksbegroting vaststaan. Het gaat om voorstellen die de komende tijd ter debat liggen in de Tweede Kamer. Bij wijzigingen of bevestigingen houden we jullie vanzelfsprekend op de hoogte.
Wijzigingen in investeringsregelingen
Ondernemers hebben recht op verschillende vormen van investeringsregelingen indien zij investeringen doen in bepaalde activa. Dit gaat bijvoorbeeld om de Energie-investeringsaftrek (EIA), de Milieu-investeringsaftrek (MIA), en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). Voorheen was het aanvraagproces voor de MIA en Vamil verschillend van de EIA. De overheid wil deze procedures meer gelijk trekken waardoor de volledige beoordeling komt te liggen bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
Aftrekbaarheid van kosten
Er was tot het heden veel onduidelijkheid over de aftrekbaarheid van kosten die behoren tot een niet-zelfstandige werkruimte in een woning die valt onder het ondernemingsvermogen. Hier is meer duidelijkheid in gebracht en de huurderslasten, zoals gas en elektra, water, en inrichtingskosten zijn niet aftrekbaar. Door op deze link te klikken kan je bekijken of jouw werkruimte wordt aangemerkt als zelfstandig.
Vanaf 1 januari 2025 zijn giften gedaan door een B.V. aan goede doelen niet langer aftrekbaar van de winst. Zakelijke giften in de vorm van sponsering of uitgaven in het kader van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen blijven wel aftrekbaar van de winst.
Veranderingen voor directeur grootaandeelhouders
Vanaf 2023 is het maximale bedrag voor het lenen van een B.V. beperkt tot €700.000. In 2024 is dit verder verlaagd naar €500.000. Directeur-grootaandeelhouders mogen daardoor niet meer dan €500.000 lenen van hun B.V. zonder fiscale gevolgen. Voorheen werden leningen in samenwerkingsverbanden onterecht dubbel geteld, maar vanaf nu wordt dit voorkomen en geldt deze correctie met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2023.
In 2024 is de belastingheffing over inkomen uit aanmerkelijk belang veranderd. Er zijn toen twee schijven geïntroduceerd: 24,5% belasting tot een belastbaar inkomen van €67.000 en 33% daarboven. Vanaf 1 januari 2025 daalt dit hoge tarief naar 31%. Dit zorgt voor een gelijkere belastingdruk tussen werknemers en aanmerkelijkbelanghouders. Ben je aan het eind van 2024 van plan een hoge dividenduitkering te doen? Dan kan het fiscaal voordelig zijn om te wachten tot 1 januari 2025. Wij kunnen je adviseren over wat in jouw situatie het meest voordelig is.
Gerichte vrijstelling van een OV-abonnement
Het kabinet heeft een voorstel gedaan om de regeling omtrent de gerichte vrijstelling van een OV-abonnement te verduidelijken. Als je als werkgever de kosten van vrij reizen of met korting reizen wil vergoeden voor je werknemer, dan zijn deze kosten gericht vrijgesteld. Wel moet er vanzelfsprekend enige mate van zakelijk gebruik zijn. Hiermee geldt de gerichte vrijstelling ook voor privéreizen.
Verandering van het verlaagde btw tarief
De laatste tijd is er veel discussie geweest over de verhoging van het verlaagde btw-tarief voor bepaalde diensten en producten. Dit houdt in dat het lage btw-tarief voor culturele activiteiten en logies verdwijnt en stijgt van 9% naar 21%. Dit geldt naar verwachting voor sport, musea, muziek- en toneelvoorstellingen, boeken, hotels en pensions. Het btw-tarief voor attractieparken, speel- en siertuinen, bioscopen, dierentuinen, circussen en kamperen blijft ongewijzigd. De wetswijziging gaat in op 1 januari 2026. Als je in november 2025 een voetbalkaartje koopt voor een wedstrijd in 2026, betaal je al 21% btw.
Veranderingen omtrent woningen
Het kabinet wil het systeem van de huurtoeslag vereenvoudigen. In de toekomst wordt er alleen nog onderscheid gemaakt tussen een- en meerpersoonshuishoudens. Daarnaast wordt de afbouw van de huurtoeslag op basis van inkomen eenvoudiger. Dit moet ervoor zorgen dat mensen met recht op huurtoeslag de gevolgen van een hoger inkomen beter kunnen inschatten. In 2026 wordt de eigen bijdrage verder verlaagd, wat leidt tot een hogere huurtoeslag.
Ook is het kabinet van plan om de leeftijdsgrens van toeslagpartnerschap te schrappen. Op dit moment wordt een ouder met een kind ouder dan 27 gezien als toeslagpartners. Dit heeft invloed op de te ontvangen toeslagen. Met het schrappen van de leeftijd blijven de personen wel partner volgens de Belastingdienst, maar niet langer toeslagpartner.
Het kabinet wil er de komende jaren voor zorgen dat het aanbod aan huurwoningen vergroot wordt. Hierdoor hebben meer mensen de mogelijkheid om een betaalbare woningen te krijgen. Om dit te verwezenlijken is er het plan om de overdrachtsbelasting per 2026 te verlagen van 10,4% naar 8%. De startersvrijstelling en het lage tarief van 2% voor woningen waar je langere tijd woont, blijft bestaan.
Veranderingen voor auto’s
Op dit moment betalen mensen die een emissievrije auto bezitten nog geen motorrijtuigen- belasting (mrb). Vanaf 1 januari 2025 gaan ook deze mensen mrb betalen, namelijk een kwarttarief. Op 1 januari 2026 verdwijnt deze korting helemaal, wat er uiteindelijk toe leidt dat de mrb op elektrische auto’s hoger wordt dan voor benzineauto’s. Om de verkoop van emissievrije auto’s alsnog te stimuleren, wordt vanaf 1 januari 2026 een nieuwe tariefkorting gegeven van 25%. Deze korting blijft bestaan tot 2030.
Ook vervalt de tarieftabel voor plug-in hybride voertuigen. Hiermee gaan deze type voertuigen ook vallen onder het normale BPM-tarief. Daarnaast vervalt de BPM-vrijstelling voor ondernemers die een bestelauto aanschaffen. In de toekomst wordt de BPM-grondslag vervangen door CO2-uitstoot.
Aanpassingen voor particulieren
Ten eerste verandert het belastingtarief dat particulieren betalen in box 1. Dit gaat om de belastingen die personen betalen over inkomsten uit werk en woning. De tarieven voor personen die aan het begin van 2025 nog niet de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt, zien er als volgt uit:
Inkomsten belasting niet AOW leeftijd 2025 | |||
Box 1 | Inkomen meer dan | Inkomen minder dan | Tarief 2025 |
Schijf 1 | € 0 | € 38.441 | 35,82% |
Schijf 2 | € 38.441 | € 76.814 | 37,48% |
Schijf 3 | € 76.814 | 49,50% |
Inkomsten belasting niet AOW leeftijd 2024 | |||
Box 1 | Inkomen meer dan | Inkomen minder dan | Tarief 2024 |
Schijf 1 | € 0 | € 38.098 | 36,97% |
Schijf 2 | € 38.098 | € 75.518 | 36,97% |
Schijf 3 | € 75.518 | 49,50% |
Voor personen die begin 2025 wel de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt, zien de tarieven er als volgt uit:
Inkomsten belasting niet AOW leeftijd 2025 | |||
Box 1 | Inkomen meer dan | Inkomen minder dan | Tarief 2025 |
Schijf 1 | € 0 | € 38.441 | 17,92% |
Schijf 2 | € 38.441 | € 76.814 | 37,48% |
Schijf 3 | € 76.814 | 49,50% |
Inkomsten belasting niet AOW leeftijd 2024 | |||
Box 1 | Inkomen meer dan | Inkomen minder dan | Tarief 2024 |
Schijf 1 | € 0 | € 38.098 | 19,07% |
Schijf 2 | € 38.098 | € 75.518 | 36,97% |
Schijf 3 | € 75.518 | 49,50% |
Daarnaast veranderen de heffingskortingen in 2025. Hieronder is een opsomming van de heffingskortingen voor personen die begin 2025 nog niet AOW-gerechtigd zijn. Voor mensen met de AOW-leeftijd gelden lagere bedragen.
Heffingskorting | 2025 | 2024 |
Algemene heffingskorting | € 3.068 | €3.362 |
Arbeidskorting | € 5.599 | €5.532 |
Inkomensafhankelijke combinatiekorting | €2.986 | € 2.950 |
Jonggehandicaptenkorting | € 909 | € 898 |
Ouderenkorting | € 2.035 | € 2.010 |
Alleenstaande ouderenkorting | € 531 | € 524 |
Verandering in zorg gerelateerde kosten
Je kunt vervoerskosten voor medische hulp als zorgkosten van de belasting aftrekken. In 2025 is de vergoeding vastgesteld op € 0,23 per kilometer. Kosten voor openbaar vervoer of taxi’s worden verrekend op basis van de daadwerkelijk gemaakte kosten.
Ook verandert de regeling voor de aftrekbaarheid van kosten voor het bezoeken van langdurig verpleegde personen. De verpleegde persoon moet bij het begin van de ziekte een gezamenlijk huishouden vormen met de verzorger. De Belastingdienst kan dit toetsmoment beter controleren met behulp van de BRP
Overige veranderingen
De verlaging van het accijnstarief op brandstoffen die ingegaan is op 1 april 2022 blijft bestaan tot 31 december 2025. Hierdoor blijven de tarieven gelijk met die van 1 juli 2023. Met deze regeling hebben personen meer tijd om zich aan te passen aan de veranderende economie. Als deze tarieven niet gelijk blijven, betekent dit onder andere een verhoging van de benzineprijs van ongeveer € 0,18 per liter.
Daarnaast zijn er fiscale veranderingen die niet in het Belastingplan 2025 aan bod kwamen, maar later besproken worden. Dit betreft bijvoorbeeld de invoering van een plastic-heffing, het gebruik van rode diesel voor de landbouw, en de aanpassing van de vliegbelasting op basis van reisafstand. Het kabinet gaat de komende tijd naar deze complexe kwesties kijken. We houden je op de hoogte van updates.
TvdW denkt met je mee
Kortom kunnen zojuist genoemde veranderingen die besproken zijn op Prinsjesdag 2024 van invloed zijn op jou of op jouw bedrijf. Heb je hier nou vragen over of wil je samen eens kijken naar de impact die dit op jou gaat hebben, twijfel dan niet en neem vrijblijvend contact met ons op. Wij kijken graag met je mee!
Terug naar overzicht